Treasurybeheer

Bij het treasurybeheer onderscheiden we de volgende deelfuncties:

  • Risicobeheer (renterisico's en kredietrisico's);

  • Kasbeheer;

  • Gemeentefinanciering.

Risicobeheer

Risicobeheersing vormt één van de pijlers van de Wet Fido. In beginsel kunnen de risico’s die verbonden zijn aan de uitvoering van de treasuryfunctie worden onderscheiden in renterisico’s, kredietrisico’s, koersrisico’s en valutarisico’s. Voor onze gemeente zijn de twee laatstgenoemde risico’s niet van toepassing, want onze gemeente heeft geen vrij verhandelbare aandelen en dergelijke en leningen worden uitsluitend verstrekt, aangegaan of gegarandeerd in euro’s.

Renterisico kortlopende schuld

Het financieren van de gemeentelijke huishouding door middel van kortlopende geldleningen en de kredietfaciliteit bij de Bank voor Nederlandse Gemeenten (BNG) is gebonden aan de norm die de kasgeldlimiet van de Wet Fido stelt. Dit is 8,5% van het begrotingstotaal per 1 januari van het begrotingsjaar.

Kasgeldlimiet

Met de kasgeldlimiet is in de Wet Fido een norm gesteld voor het maximum bedrag waarop de gemeente haar bedrijfsvoering mag financieren met kortlopende leningen (< 1 jaar). Daaronder valt ook het 'rood' staan bij de bank. De norm bedraagt 8,5% van het begrotingstotaal bij aanvang van het begrotingsjaar. Er is sprake van een overschrijding van de kasgeldlimiet wanneer de netto kortlopende schuld per de eerste dag van elk van de drie maanden in een kwartaal, hoger is dan de berekende limiet.

In 2023 bedroeg het begrotingstotaal van de gemeente € 107 miljoen. De kasgeldlimiet voor de gemeente bedroeg € 9,1 miljoen.

Kasgeldlimiet

1ste kwartaal

2de kwartaal

3de kwartaal

4de kwartaal

1. Toegestane kasgeldlimiet

Begrotingstotaal 2023

107.295

107.295

107.295

107.295

- in procenten van de grondslag

8,50%

8,50%

8,50%

8,50%

- in bedrag

9.120

9.120

9.120

9.120

2. Omvang vlottende korte schuld

Opgenomen gelden < 1 jaar

-

-

-

-

Schuld in rekening-courant

Gestorte gelden door derden < 1 jaar

Totale omvang van de vlottende schuld

-

-

-

-

3. Vlotende middelen

Contante gelden in kas

2

-

-

-2

Tegoeden in rekening-courant

501

2

1

-8

Overige uitstaande gelden < 1 jaar

5.293

8.123

2.669

-3.259

Totale omvang van de vlottende omvang

5.796

8.125

2.670

-3.269

Toets kasgeldlimiet

Totaal neto vlotende schuld (2)-(3)

-5.796

-8.125

-2.670

3.269

Toegestane kasgeldlimiet (1)

9.120

9.120

9.120

9.120

Ruimte (+)/Overschrijding (-) = (1)-(4)

14.916

17.245

11.790

5.851

Door het de ontvangst van specifieke uitkeringen, compensabele btw en het uitblijven van nieuwe investeringen is in 2023 een financieringsoverschot ontstaan. Hierdoor hoefde we geen kasgeldleningen aan te trekken.

Het financieringsoverschot ontstond in het tweede kwartaal. Het overschot fluctueerde tussen de € 10 en € 15 miljoen. Dergelijke overschotten worden de BNG ingezet voor schatkistbakieren (overschotten worden ingezet voor tekorten bij andere gemeenten).

Renterisico langlopende schuld

Met de renterisiconorm is in de Wet Fido een norm gesteld voor het renterisico op langlopende opgenomen leningen. Op onderstaande Modelstaat B moet de gemeente aan de provincie rapporteren over het renterisico gedurende een periode van vier jaren. De herfinanciering van jaarlijks verplichte aflossingen en de renteherzieningen van lopende geldleningen mogen niet meer bedragen dan 20% van het begrotingstotaal. Het renterisico wordt getoetst aan het bedrag van de renterisiconorm.

De volgende tabel geeft de renterisiconorm weer voor 2023.

Modelstaat B

Variabelen renterisiconorm

Begroot
2023

Rekening
2023

Stap

Berekening Renterisiconorm

(4a)

Begrotingstotaal 2023

107.295

124.546

(4b)

Percentage regeling

20%

20%

(4) = (4a x 4b/100)

Renterisiconorm

21.459

24.909

Berekening ruimte / overschrijdiing

-1

Renteherzieningen

-

-

-2

Aflossingen

-

-3

Renterisico (1+2)

-

-

-4

Renterisiconorm

21.459

24.909

(5a) = (4>3)

Ruimte onder renterisiconorm

21.459

24.909

(5b) = (3>4)

Overschrijding renterisiconorm

-

-

Uit de tabel blijkt dat de gemeente in 2023 de renterisiconorm niet heeft overschreden.

Kredietrisico's

Deze kunnen zich op twee manieren manifesteren:

1. Kredietrisico's op uitgezette deposito's en verstrekte langlopende leningen

In 2023 had de gemeente geen overtollige liquiditeiten op deposito staan. In 2023 zijn er geen nieuwe langlopende leningen verstrekt.

Bij de reeds verstrekte langlopende geldleningen loopt de gemeente een beperkt risico. Onder 'Uitzettingen' staan ze in een overzicht aflopend naar risico gerangschikt. Ze voldoen alle aan de eisen gesteld in de Wet Fido en het Treasurystatuut of zijn expliciet door de Raad goedgekeurd. Geen enkele geldnemer is in 2023 in gebreke gebleven wat betreft zijn betalingsverplichting.

2. Kredietrisico's op borgstelling (gemeentegaranties)

Hier maken we onderscheid tussen achtervang (indirecte borgstelling) en directe borgstelling.

Diemen bekleedt samen met het Rijk een achtervangpositie bij de stichting Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) en de stichting Waarborgfonds Eigen Woningen (WEW).

Hierdoor staat onze gemeente indirect borg voor langlopende leningen die onder directe borging van het WSW aan woningcorporaties zijn verstrekt. Voor hypothecaire geldleningen met Nationale Hypotheek Garantie die onder directe borging van het WEW aan particulieren zijn verstrekt, geldt de achtervangpositie tot 1 januari 2014. Voor hypotheken afgesloten na die datum heeft het Rijk de achtervangpositie van de deelnemende gemeenten voor 100% overgenomen. Geen van beide stichtingen heeft in 2023 aanspraak gemaakt op de achtervangpositie.

Bij directe borgstelling staat de gemeente jegens geldgevers borg voor de betaling van rente en aflossing op langlopende geldleningen die door lokale organisaties, instellingen of verenigingen zijn aangetrokken en die activiteiten verzorgen welke in het verlengde liggen van de gemeentelijke publieke taak.

In de volgende tabel zijn de leningen opgenomen waarvoor de gemeente zich direct borg heeft gesteld.

Gewaarborgde geldleningen

Geldnemer

Geldgever

Restant-
schuld
31-12-2022

Correctie beginbalans

Vermeer-
dering
2023

Aflossing
2023

Restant-
schuld
31-12-2023

Rente
perc.

Kinderkorf

BNG 40.104135

1.190

-

40

1.150

3,65%

Soc. Medisch Centrum Diemen-Zuid

BNG 40.81323.02

254

-

254

-

6,32%

BNG 40.104135

222

-

13

209

6,27%

Cordaan Parkstad

Fortis ASR

424

-

106

318

7,04%

BNG 40.85966

529

-

105

424

6,58%

BNG 40.92554

423

-

85

338

6,35%

St. Ouddiemerlaan 543

Rabobank Utrecht

527

-171

-

-

510

3,50%

BNG

267

-

17

250

4,97%

Woonstichting de Key

BNG 40.82349.02

401

-

401

-

5,77%

Amsterdamse Mij. tot Stadsherstel

St. Nat. Restauratiefonds

58

-

12

46

2,20%

Totaal

4.295

-17

-

1.033

3.245

  1. Toelichting: St. Ouddiemerlaan 543, Bank Nederlandse gemeenten 40.116010.01 is oorspronkelijk van Rabobank. De lening is in 2022 verkocht aan BNG. Er is een nieuwe overeenkomst ontstaan na een renteherziening. Hierdoor is er een nieuwe hoofdsom ontstaan.

Alle geldnemers hebben in 2023 tijdig aan hun betalingsverplichtingen voldaan. Er is in 2023 geen nieuwe borgstelling afgegeven.

Kasbeheer

In het kader van het kasbeheer hebben we erop toegezien dat ook in 2023 de liquiditeitspositie voldoende was zodat we tijdig aan kortlopende verplichtingen (korter dan 1 jaar) konden voldoen. Zoals vermeld hoefde we geen gebruik te maken van de kredietfaciliteit van de BNG. Sterker ons financieringsoverschot is ingezet voor schatkistbankieren. Dit leverde € 475.229 extra rente op.

De Gemeentefinanciering

Voor de financiering van de diverse investeringen trekt de gemeente langlopende leningen (langer dan 1 jaar) aan. Per 1 januari 2023 stond er voor een totaalbedrag van € 44,5 miljoen aan opgenomen leningen op de balans. In 2023 is er een lening van € 5 miljoen aangetrokken. Hierdoor heeft de portefeuille langlopende leningen op 31 december 2023 een omvang van € 49,5 miljoen.

Portefeuille langlopende leningen

Geldgever

Boekwaarde
31-12-2022

Opname
2023

Aflossing
2023

Boekwaarde
31-12-2023

Soort
lening

Rente-
percentage

BNG

6.000.000

6.000.000

Fixe

1,949%

Provincie Groningen

5.000.000

5.000.000

Fixe

1,300%

BNG

5.000.000

5.000.000

Fixe

1,958%

Aegon Levensverzekering

7.500.000

7.500.000

Fixe

1,030%

BNG

7.500.000

7.500.000

Fixe

0,900%

BNG

6.000.000

6.000.000

Fixe

1,550%

BNG

7.500.000

7.500.000

Fixe

2,080%

BNG

5.000.000

5.000.000

Fixe

3,110%

Totaal

44.500.000

5.000.000

-

49.500.000

Uitzettingen

Behalve langlopende opgenomen leningen heeft de gemeente ook langlopende uitgezette leningen. Deze zijn verstrekt in het kader van de publieke taakuitoefening.

Langlopende uitzettingen

Boekwaarde
31-12-2022

Opname
2023

Aflossing
2023

Boekwaarde
31-12-2023

Hypothecaire geldleningen

387

12

399

Lening aan SVn

6.661

182

6.843

Leningen aan diverse sportverenigingen

150

22

172

Overige langlopende uitzettingen

103

8

111

Totaal

7.301

182

42

7.525

In 2023 zijn er nog drie hypothecaire geldleningen waarop wordt afgelost.

Bij het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting (SVn) is de rente a €182.000 van 2023 toegevoegd.

De sportverenigingen hebben € 22.000 afgelost.

Saldo financieringsfunctie

Het saldo van de financieringsfunctie bestaat uit het saldo van:

  • De werkelijk betaalde rente over aangetrokken leningen en opgenomen middelen in rekening courant ("roodstand");

  • De werkelijk ontvangen rente over verstrekte leningen, beleggingen (deposito's) en credit-saldi in rekening courant.

Het volgende overzicht is een saldo van de werkelijk betaalde en ontvangen rente en vergelijkt ze met de bedragen van de begroting.

Saldo financieringsfunctie

Begroting
2023

Rekening
2023

Verschil
2023

Betaalde rente langlopende leningen o/g

-800

-829

-29

Betaalde rente kortlopende leningen o/g

-

-

-

Ontvangen rente langlopende leningen u/g

100

575

475

Ontvangen rente kortlopende leningen u/g

-

3

3

Totaal

-700

-251

449

Zoals eerder toegelicht heeft het financieringsoverschot tot een positief verschil in de rentebaten geleid. Als gevolg van het schatkistbankieren hebben we € 4 ton extra rente ontvangen. Door de hogere rentestand waren ook de renteopbrengsten van de gelden die bij het Stimuleringsfonds Huisvesting (SVn1) uit staan een € 75.000 hoger dan geraamd.

Stel uw tan:document zelf samen

SELECTIE

0 - geselecteerd

Direct downloaden


Volledige pdf